voor 4 personen:

• 100 gram rookvlees
• 2 eetlepels sesamzaad
• 2 bosjes raapsteeltjes
• 1 bos radijs
• 2 rijpe avocado’s
• 4 eieren
• 1 klein sjalotje, gepeld
• 1 eetlepel dragon- of wittewijnazijn
• 1 theelepel dijonmosterd
• extra vergine olijfolie

Verwarm de oven voor op 180 graden. Spreid de plakjes rookvlees uit op een met bakpapier beklede bakplaat en laat ze in de oven krokant worden. (Dat duurt 5 – 10 minuten.)

Verhit een koekenpan en rooster hierin de sesamzaadjes tot ze beginnen te kleuren. Strooi ze op een schoteltje en zet even apart.

Was de raapsteeltjes, verwijder de worteltjes, snijd ze eventueel iets kleiner en slinger de blaadjes goed droog. Maak de radijsjes schoon en snijd ze in kwarten (als er mooi loof aan de radijs zit, kun je een paar blaadjes door de raapsteeltjes mengen). Schil de avocado’s en snijd ze in stukken of schijfjes.

Snijd het sjalotje doormidden of in kwarten en pers ze in een knoflookpers uit boven een kommetje. Voeg azijn, mosterd en zout en versgemalen peper naar smaak toe en klop er olijfolie (ongeveer 5 eetlepels) tot je een lobbig sausje hebt.

Kook de eieren in ongeveer vier minuten zacht.

Verdeel de raapsteeltjes, de radijs en avocado over 4 borden en besprenkel met de dressing. Steek de rookvleeschips ertussen. Laat de eieren schrikken, pel ze en leg ze in het midden van de salade. Bestrooi met sesamzaad.